’s Ochtends vroeg fijn rond lopen

De frisse lucht die je neus bereikt

De bladeren die vallen uit de bomen

O kijk, een hert zit te grazen van het gras

Kikkers die kwaken

Op de stenen langs het water zitten eenden

Mensen lopen met hun hond

Daar staat mijn gedachtestronk

Tussen alle bomen en bladeren zit ik daar,

rustig te luisteren naar wat de aarde

ons heeft gegeven

Wat een fijne plek om  te zijn

De kinderen die door het natte gras rennen

en de bejaarden die samen rond lopen

Het liefste woonde ik daar want het is er

altijd rustig en vredig

Nooit ruzie, nooit geschreeuw

Zelf zou ik zeggen dat het de fijnste plek

op aarde is