Daar was toen daar!

Ik stond op het gras, zag de zee en keek naar het water

Ik voelde de paardensnuit van mijn pony,

haar vacht was wit

In het water zwommen twee dolfijnen

Ik had net een plank vastgetimmerd en liep het paadje op

De bloemen waren vrolijk en ik droeg een strik in mijn haar

Dat was daar, toen!

En toen was alles goed