Hond in de tuin
Het was in een grote tuin waar
jij werd liefgehad door een hond.
Het is jouw stem altijd hetzelfde waar jij was.
Je gaapt in mij, maar er is geen adem
Je bent mooi blauw en wit als het regent.
Je blijft een vraag waarop
je van je tenen tot je kruin
een antwoord schuldig blijft.
Je moet nog veel mensen voor me zijn.
Je hebt van een helwitte engel gedroomd
je hebt hem de berg opgedragen
toen hij niets meer wilde
Inspiratiebron: Joost Baars
Sint Norbertus Instituut