De beschimmelde citroen van de liefdesbrief
Voor hem was thee drinken banaal / Maar genoeg / Zij was zijn zoete puzzel / Zijn onoplosbaar raadsel / Zijn zon
Zijn zon waar alleen hij alleen maar langs heen kon schaven / Vanaf de ontmoeting gemerkt / Verbrand van verlangen / Hij / Hij kon niet bij haar kandijkern / Tijdens de thee plots /
Een keukentafelclimax
‘Je bent mooi.’ Zei hij / zij lachte / verliefd
De beschimmelde citroen van de liefdesbrief / Van de gemakzuchtige mens massaal gekweekt zonder pit / Zonder bedrading / Zonder smaak / Hij / Hij had genoeg / En genoeg van liefdespoëzie / zie de onverwelkte fantasiewolken van deze warenhandel / Deze commercie van verdriet / liefdesverdriet / verboden vruchten / liefdesziek door de beschimmelde citroen van de liefdesbrief
‘Jij bent mooi.’ Zei hij weer / Iedere dag / Totdat het cliché werd / Totdat het cliché niet langer cliché was / Maar toch weer cliché was
Het wás cliché om een reden!
Hij kon niets anders met de woorden die hij wist / Met de taal in zijn kist / De meest simpele woorden waren het meest gekerfd / Het krijt kwam goed uit het zwart als het wit was / als het water vers was
Hij kon wel elke eigenschap beschrijven die zij maakte tot wie ze was
Bijzonder / Speciaal / IJverig / Zelfstandig / Ambitieus / Grappig / Lief / Slim / Knap / Optimistisch / Maar
De afleidende merg van identiteit / Pijnigde zijn leegte wanneer hij moest uitdrukken waarom / Hij wist dat zij zoveel meer was dan dat / Maar het was genoeg / Het was genoeg voor het moment / Wanneer hij sprak om tot woorden te komen / Zijn moedertaal een barrière / Ontstond de onverwachte waterfontein van wederkerigheid
Zij / Zij zei ‘Ik vind jou zo leuk’ zonder parelmoer / Zonder extravagantie / Zonder ditjes en datjes / Werd het moment weer klokloos / Een kortsluitingsloos uur / Van deze beschimmelde natuur / Die voor hem en haar eenvoudig was