met onszelf alleen /

worden / wij / stil van /

het einde van ’t seizoen /

van zinloze verwondering

de / rampzalige / najaarswind /

takken / bladeren /

en de lege straten /

die / wij ooit bezaten /

in mijn mond / de smaak van / herfst

ik zal nooit aan mensen  / delen

mijn wanhoop / van verdriet

eenmaal verdwijnt de ellende /

waar ik vergetelheid in giet

doodmoe wakker /

en de / verzwegen / regen / telt / de tijd

langzaam vervaagt het onderscheid

tussen / lichaam / en geest /

slaap en waken / verzaken reeds /

aan / nutteloze zaken

ik denk aan alle dingen /

die we deden /

nachten / in het café

drank / geluk en jeugd

ik hield ervan je / liefde / wakker / te / maken

ik klaag / hoop / leef van ondergang tot / samenhang /

al eeuwenlang

alsof ik / alles had verspeeld /

ging ik de herfst in /

ik ben ontzonken aan / een dag uit duizenden