Cosmo Ebner
Zo lang als ik mij kan herinneren maak ik zelf liedjes. Dat begon al heel vroeg, toen ik een kleuter was zong ik zelfbedachte melodietjes en dat is eigenlijk nooit weggegaan. Toen ik een jaar of 10-13 was werd die drang naar schrijven en zingen wel veel sterker en serieuzer. Het was een lastige periode, mijn vader belandde in een psychose en ik kwam erachter dat ik 3 auto-immuun ziektes had, als gevolg zat ik veel thuis met als enige uitweg mijn iPad, waarop ik al mijn favoriete artiesten ontdekte en zelf begon te schrijven. Dit is op een bepaalde manier wel mijn redding geweest denk ik. Ik schrijf 9/10 keer in de notities van mijn telefoon, vaak ga ik in mijn eentje wandelen in de avond als ik wil schrijven. Ik heb moeite met het principe van stilte en rust. Ik ben er niet aan gewend en het is super confronterend, maar door stilte en rust kan ik wel het beste al mijn pijn en onzekerheden aanvoelen, in combinatie met de stad zorgt dit vaak voor mijn favoriete teksten. Maar heel vaak hoef ik niet eens naar buiten te gaan om iets te schrijven en komt het vanzelf tot me. Meestal inspireren vooral de kleine dingen me; lijnen in het gras, vogels, wind, een kever. Als je in een staat van onzekerheid en onstabiliteit zit zoals ik vaak, zie je deze kleine elementen al snel als aanwijzingen of probeer je ze te koppelen aan een groter probleem, dit zorgt voor mij althans voor een soort rust. Ik probeer bij elke tekst voor mezelf het gevoel te bereiken dat ik weer een stukje verleden heb verwerkt. Hoe anderen naar de tekst kijken vind ik niet eens zo boeiend, want zij zien er toch weer hun eigen pijn in.