Juryrapport Kasteeljuweel najaar 2018
Bibberend van de kou stonden de jonge dichters op de heuvel achter de Warmoeshof te wapperen met de blaadjes met hun winnende gedicht. Dapper trotseerden ze de ijzige wind om met twee voeten krachtig op de grond geplant, hun gedicht luid en duidelijk uit te spreken. Ze oefenden om voldoende pauzes tussen de regels te laten en gaven extra aandacht aan de kernwoorden in hun tekst. Onder de inspirerende leiding van Jacques Brooijmans, schrijver en poëziedocent bij School der Poëzie, bezochten maar liefst elf tweede klassen van het Comenius College uit Hilversum in oktober het Muiderslot. Na een ontvangst in de Kazemat kregen ze een rondleiding langs de tentoonstelling ‘Gewapend met schoonheid’ waarin het Muiderslot aandacht besteedt aan de schoonheid en macht van de vrouw. Eigentijdse beeldende kunst, fotografie, aandacht voor beroemde vrouwen uit de geschiedenis als Belle van Zuylen en Aletta Jacobs maar ook de valkenjacht en de macht van regentessen als Jacoba van Beieren.
Iedere scholier koos een eigen onderwerp gekoppeld aan een ruimte in het Muiderslot en een onderdeel van de tentoonstelling of gekoppeld aan de beelden van Tesseltje (Gerarda Rueter 1971), de Potplant (tulp van Huub Kortekaas 1996/97) en de Warmoeshof. Aan de hand van schrijfopdrachten gingen ze aan het werk. De resultaten mochten er zijn.
De jury, bestaande uit dichter Meliza de Vries, de kersverse directeur van het Muiderslot, Annemarie den Dekker en Ilonka Verdurmen , artistiek leidster van School der Poëzie, werd overweldigd door de rijke oogst aan poëzie. Ontroerende, ernstige en filosofische gedichten waarin de mens en zijn doen en denken werden beschouwd.
Zo was er een geweldig gedicht over een tulp van Mats Stokvis uit 2MH1:
DE TULP
De tulp is de kern van de tuin en de stad en de wereld
de tulp is in gangen verdeeld
en in elke gang is een andere kracht
de mens doet precies hetzelfde maar dan in een ander lichaam
de bomen en planten zijn dichter bij de mens dan wij denken
het is bijzonder wij als mens en als plant
wij zijn een blokje in het heelal maar onze innerlijke krachten
zijn sterker dan ieder ander
de tulp is de kern daarvan en de verbinding tussen
mensen en planten en het heelal
zolang wij goed met elkaar omgaan geeft de tulp
kracht en sterkte aan ons
als wij dat niet doen gebeurt er wat slechts
bijvoorbeeld een oorlog
wij zijn bijzonder net zoals de tulp
op een dag gebeuren er alleen nog positieve en
bijzondere dingen
wij houden hoop net zoals de tulp
Mats Stokvis
De jury had er graag een prijs aan willen toekennen maar dan had zij vier prijzen moeten mogen vergeven en er waren er maar drie. Het gedicht is heel bijzonder door de manier waarop de dichter aan de hand van de vorm en zijn associaties bij de tulp de mens beschouwt: ‘wij zijn een blokje in het heelal’. De dichter houdt hoop: ‘op een dag gebeuren er alleen nog bijzondere en positieve dingen’.
Na de voordrachtstraining en het nuttigen van veel zakjes chips in de Kazemat om weer warm te worden stroomden ruim dertig jonge dichters om vijf uur De Ridderzaal binnen. De kaarsen brandden in de kroonluchters en de Muiderkring met P.C. Hooft, Huygens en Vondel keken vanaf een groot schilderij minzaam lachend toe. Ouders, leerkrachten en een enkele broer of zus vormden een enthousiast publiek.
Dichter Meliza de Vries ontdekte de dichtkunst toen ze tien jaar oud was en in het ziekenhuis lag tijdens de kerstdagen. Ze wilde wat meer entertainment op zaal brengen en besloot haar ‘schrijfsels’ te gaan voordragen. Ze trok van bed tot bed en mocht op de medium care komen, op de dialyse afdeling en de kinderafdeling, maar niet overal, want kerstballen zijn niet steriel.
Er was geen kamer om te versieren
De kerstballen knarsten in mijn handen
om mijn polsen hingen de slingers in goud
en zilver, verder dan ‘het is onsteriel’ kwam ik niet.
Mijn moeder had de doos van zolder gedragen,
na zeven winters had het karton moeite
om alle kerstdagen bijeen te houden.
Soms droomde ik van rendieren en sleeën
als er geen dokters of zusters binnenkwamen,
aan het einde van de gang stond mijn moeder
kerstballen te poetsen.
Meliza de Vries
Dichter en presentator Jos van Hest gooide zich in de strijd. Met veel enthousiasme en een kritisch oog stelde hij vragen aan de dichters en hield voor hen de microfoon vast.
De eerste dichteres was Rose Lengers uit 2MH2 die een gedicht had geschreven over Maria Tesselschade. Ze had gezocht naar mooie woorden en daarbij weer woorden die met de zelfde letter beginnen: ‘vurende vlammetjes’ en ’haar ring rinkelt als belletjes’. Haar gedicht klonk mooi en in de facebookverkiezing kreeg zij het hoogste aantal punten: 176 en daarmee de Eerste Publieksprijs:
MARIA TESSELSCHADE
Een gelukkige lach
de schoenen als vurende vlammetjes
aan haar voeten
haar ring rinkelt als belletjes
aan haar ringvinger
soms rinkelt haar verdriet
soms rinkelt haar lach
haar ogen in, haar oren uit
haar oren in, haar ogen uit
Maria Tesselschade
was een gelukkige lach
Rose Lengers
2MH2
Eerste Publieksprijs
De Tweede Publieksprijs werd gewonnen door Julia Timmer uit 2MH4. Zij kreeg 171 punten voor een prachtig verstil gedicht over een stille kamer, de kamer van de waarheid, geïnspireerd door de werkkamer van Hooft:
KAMER
in de kamer kijk ik naar
schilderijen van mensen
naar tafels, naar stoelen
kleden
geen leugens
geen angstige vrienden
het is zo stil
zo stil in de kamer
de stilte van schilderijen
geen leugens in de kamer
de stille kamer
de kamer van de waarheid
Julia Timmer
2MH4
Tweede Publieksprijs
De Derde Publieksprijs werd gewonnen door Nick Verhoeven uit 2HV2. Hij kreeg 160 punten voor zijn originele gedicht ‘Dromen en Koninkrijken’ waarin hij het opneemt voor de mens als creatieveling:
DROMEN EN KONINKRIJKEN
Dromen, een woord dat een spreuk is op zichzelf
spreuken, uitgesproken door de goden
Dromen, geschapen door creatieve gedachtes
Slapen, onbewust denken en gedachtes creëren
Je gedachtes, een koninkrijk van kleur en creativiteit
Koninkrijken, bestaand uit creatieve gedachtes
Koninkrijken, bestaand uit smacht naar macht
Macht bestaand uit kracht
Maar dat alles dat hierboven staat, is niet bedacht
door dromen
Wat hierboven staat, is geschreven door een creatieveling
geschreven door een mens
Nick Verhoeven
2HV2
Derde Publieksprijs
De jury vond het moeilijk om de drie prijzen eerlijk en rechtvaardig te verdelen.
‘de wereld is een zucht met een lach’ schreef Truy. Nabil Bousmaqui, soms zelf een held, droeg zijn gedicht over helden die niks verwoesten en alleen maar helpen met veel verve voor. Julie van Kempen las mooi en beheerst haar gedicht voor met sterke beelden: ’bloedrode liefdadigheid in de bloesem / terwijl de droom je laat lachen / en verstoppen in jezelf.’ Ook het thema van de tentoonstelling kwam goed tot uiting bijvoorbeeld in het gedicht van Chloë Baesch die opriep ‘laat je schoonheid zien, zonder maskers’ omdat een korset je opsluit en niet je ware ik laat zien. ‘Iedereen haat je’ schreef Matthijs Dilling waarop Jos van Hest ongerust vroeg of dat een autobiografische regel was. Simon Sloot verwerkte woorden uit het Oud-Nederlands in zijn gedicht ‘twee werre-werelden’ en Lara Tien creëerde een zelf verzonnen personage, Joela, bijzonder en mysterieus: ‘Wat zoekt Joela?’. Ivan Balkundjev verklaarde: ‘de mens is niet zoet’ en besloot met de hoopvolle woorden ‘tot we verandering ontmoeten’. Annemijn Algra zag al dichtend in de moestuin hoe er een wolk kwam: ‘Licht schijnt op de wolken / van onder te zien? maar haar gedicht gaat over de liefde: ‘Ik heb je lief / maar blijf je ook bij mij?’ Sacha Groendijk droeg ‘De werkelijkheid van verbeelding’ uit het hoofd voor en toen Jos van Hest vroeg wat er gebeurt als je een gedicht uit het hoofd leert was haar antwoord: ‘dan wordt het meer van jezelf’. Isabelle Verduin droeg een gedicht voor over de strijd tussen geel en zwart. Ze was zelf gekleed in het geel. Zwart staat voor erge dingen en geel voor geluk ‘mijn droom is schoonheid in geel’. Rixt Looijenga moedigt zijn lezers aan ‘laat je niet meesleuren, wees sterk, blijf doorzwemmen’. Christian Kesseler schreef de regel ‘vastberaden om te sterven’ en legde uit dat je de dood moet accepteren. Asma Yatin schreef over ruzie op school. ‘Gewoon doorgaan met leven en opnieuw beginnen’ zei ze: ‘we gooien wat zand erover’.
Simon Buitenhof vertelde over zijn gevecht om het gedicht te schrijven. Er was tijd te kort.
‘Vechten voor het recht’ las hij krachtig zijn blaadje bewegend voor. ‘Veel mannen denken dat ze beter zijn en voor de man was het beter’ zei Ryann Weerd. ’Kan het wel beter? / Ja, maar het duurt lang.’ Fedor Grillo schrapte op het laatste moment nog een regel uit zijn gedicht om het nog beter te maken: ‘Sterren zijn als mijlpalen / door positief te blijven / Je kan ze bereiken in je leven / door positief te blijven.’
Gezeten in het warme keukentje, achter de rood fluwelen gordijnen, moest de jury tijdens een korte pauze razendsnel een definitieve keuze maken. Alle gedichten gelezen, alle gedichten opnieuw gehoord, viel de keus op drie heel verschillende gedichten die ook om verschillende redenen zijn uitverkoren.
De Derde Prijs gaat naar Lisanne Bax uit 2A1 met een sterk gedicht dat ze krachtig voordroeg, waarin zij opkomt voor de vrouw die wel degelijk sterker dan een man kan zijn bijvoorbeeld door haar slimheid. Dit gedicht werd geïnspireerd door het beeld van Tesseltje.
DE VROUW
Zoete liefdesgedichten
lelies in water
zoet als rozenblaadjes
water stroomt door
Pluk rozenblaadjes
op de brug
Gooi rozen in het water
roosjes zinken
ik drijf
krachtig en sterk
sterker dan een man
VROUWELIJK
ben ik
Lisanne Bax
Derde Prijs
De Tweede Prijs is voor een van de meest originele gedichten met beeldrijke regels als ‘ze kan meertjes uitspugen’ over ‘een meisje zo groen dat er planten / aan haar vingers groeien’, dat werd verslagen door ’het noodlot / van het verscheurende beest’, een gedicht van Thomas Bruins uit 2HV1.
GROEN LEVEN
Een meisje zo groen dat er planten
aan haar vingers groeien
bladeren als haar
ze danst met de planten
en zingt met de vogels
ze heet Tesseltje
ze kan groenten laten groeien
ze kan meertjes uitspugen
ze kan zelfs in een plant veranderen
en ze kan met de planten en dieren praten
ze had een groen leven
totdat het noodlot toesloeg
het noodlot van
het verscheurende beest
Thomas Bruins
Tweede Prijs
Over de Eerste Prijs was de jury het snel eens. Coen Verhaaff uit 2MH3 schreef een gedicht over zelfvertrouwen waarmee hij de jury in het hart raakte. Zijn eigen zelfvertrouwen schatte hij, op een schaal van 1 tot 10, in op een 6 en hij zei dat hij niet veel zelfvertrouwen had gehad om een goed gedicht te maken maar hij heeft het gedaan en zijn gevoelens en gedachten op een indringende manier onder woorden gebracht. En juist het persoonlijke en kwetsbare karakter van zijn gedicht maakt het voor ieder mens herkenbaar.
ZELFVERTROUWEN
De depressie in de boosheid
de woorden in het penseel
de inkt op het papier
zo scherp als een mes
de overwonnenheid in je gedicht
het zelfvertrouwen
de stoelen waar je te lang in zit
de oudheid
lange en korte gedichten
het maakt niet uit
schrijven is zelfvertrouwen
Coen Verhaaff
Eerste Prijs
Na de prijsuitreiking en het ontvangen van oorkondes en heel veel applaus voor de zes winnaars, werden alle dichters op het podium gevraagd voor een rozenhulde en een foto-regen.
Kasteeljuweel najaar 2018 werd zo feestelijk besloten.
Ilonka Verdurmen
School der Poëzie
14 november 2018