xx

Nominaties VSB Poëzieprijs 2013 bekend

In een tussentijds verslag voorziet de jury elk van de bundels de bundels kort van commentaar:


'Vliegtuigmagneet' - H.H. ter Balkt

(De Bezige Bij Amsterdam, 2011)

 

H.H. ter Balkt gromt en spuwt, fluistert en zingt als een visionair met beide voeten stevig in de klei van de polder en in de geschiedenis. De dichter is eigenzinnig en open, erudiet en speels. Zijn beelden functioneren zowel op een concrete als op een verwijzende manier, waardoor beelden uit de werkelijkheid en wat deze oproepen elkaar uitdagen. Zoals een vliegtuigmagneet lonkt en zich verwijdert, staan de gedichten onder een voortdurende spanning van aantrekken en afstoten.


'Wijvenheide' – Luuk Gruwez

(De Arbeiderspers, 2012)

De vormbewuste taalvirtuoos die uit deze bundel spreekt, varieert zonder moeite de verschillende stijlregisters tussen verhevenheid en alledaagsheid. Om zijn poëtische wereld vorm te geven, schuwt de dichter bovendien het scabreuze noch het banale. Hij creëert originele beelden, die niet zelden van een geestige lading worden voorzien die de onderliggende ernst relativeert. Zo krijgt het veelvuldig gethematiseerde afscheid dan ook nauwelijks een zwaarwichtige of zwaarmoedige lading maar wordt het veelmeer vanuit ongebruikelijke perspectieven met kritische afstandelijkheid belicht.


'Celinspecties' – Ester Naomi Perquin

(Van Oorschot, 2012)

De dichter laat zien dat een cel zo groot is als een hoofd dat zich een heelal kan voorstellen. Zo groot als de wereld die Perquin nietsontziend en teder ontvouwt. Op verraderlijk luchtige toon schept zij met onvoorspelbare wendingen een gelaagde ruimte in deze bundel. Meer dan de geschiedenis van afzonderlijke criminelen vormt Celinspecties een wereld waar we niet aan kunnen ontsnappen – met vragen over schuld en over het toeval, dat van alle mogelijkheden die we hebben levens maakt.


'Virtualia. Teletonen' – Sybren Polet

(Wereldbibliotheek, 2012)

Een vitale taalexplosie waarin de afgekloven spanning tussen natuur en cultuur opnieuw voelbaar wordt gemaakt door ze te injecteren met denkkracht, woordspel en verontwaardiging. De kredietcrisis, de digitalisering van onze cultuur en andere hedendaagse obsessies worden gevat in woorden en beelden die zich weinig gelegen laten aan de poëtische goede smaak en die doorlopend de grens van het zeg- en begrijpbare aftasten. Hier spreekt een dichter met een open vizier en een onverwoest geloof in de kracht van transformatie door denken en taal.


'Mijn naam is Legioen' – Menno Wigman

(Prometheus, 2012)

In een kritische terugblik op de beginjaren van onze eeuw evoceert Wigman herkenbare plaatsen en momenten die spreken van decadentie en dood. Ongenadig ontmaskert de dichter de desillusie van het fenomeen mens en spreekt hij zijn pessimisme en boosheid uit in ontluisterende gedichten, die dan weer welluidend klinken in hun haast klassieke, vormvaste verzen met een bezwerend ritme. Tegelijk boeit deze niet altijd prettige bundel door zijn enorme vitaliteit en zijn charmerende lichtvoetigheid. Uit die tegenstellingen spreekt een uitzonderlijke kracht.


De jury over de 75 ingezonden bundels

Volgens de jury lijkt “de poëzieproductie niet te ontkomen aan de recessie: met 75 ingezonden titels is de oogst voor de VSB Poëzieprijs 2013 aanmerkelijk kleiner dan in voorgaande jaren. De economische crisis heeft echter geen vat gekregen op de poëtische diversiteit, die het afgelopen decennium juist is toegenomen. Hoogst particuliere verzen zijn even sterk vertegenwoordigd als publieke poëzie die met twee benen in het hier en nu staat. Na een opmars van enkele jaren heeft het prozagedicht inmiddels een solide positie verworven, terwijl het belang van podiumpoëzie groeit. Veel auteurs experimenteren met conceptuele – en opmerkelijk lijvige! – bundels. De jury complimenteert de uitgeverijen, die ook in een krimpende markt het publiceren van zowel gevestigde namen als fris talent blijven volhouden.”